Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Maar het einde [13]des gebods is [14]liefde uit een rein [15]hart, en [uit] een [16]goed geweten, en [uit] een [17]ongeveinsd geloof. 13. Door het Griekse woord parangelia; dat is, gebod, bevel, of aanmaning, hetwelk vs.5 en vs.18 gebruikt wordt, verstaan sommigen den last, dien Paulus hier Timotheus oplegt, waarvan het doel is liefde uit een rein hart, enz. Anderen verstaan door dit woord gebod de wet Gods, welke enigen zonder verstand zochten in te voeren naast het Evangelie, waarvan de apostel leert, dat het rechte doelwit onder het Evangelie moet zijn liefde tot God en onze naasten uit reine harten, enz., zondat dat deze wet zo moet zijn geleerd, gelijk sommigen die verkeerd dreven. En deze verklaring komt met het zevende en de andere volgende verzen beter overeen. 14. Namelijk tegen God en den naaste; Matth.22:37, enz. 15. Dat is, een oprecht hart zonder geveinsdheid. 16. Dat is, die recht en wel onderricht is van zijn doen uit Gods Woord, en door Gods Geest is vernieuwd, Hebr.9:14. Zie verder de aantekeningen op vs.19. 17. Namelijk in Christus onzen Verlosser, waardoor wij voor God rechtvaardig zijn, en van Zijne genade jegens ons verzekerd, uit welk geloof de andere gaven spruiten; Rom.5:1,2; Gal.5:6, enz.